SUGGESTIE

31 januari 2020 

Let wel: fictieve herinneringen kunnen ook buiten de therapie worden opgewekt. De mens is een uiterst suggestibel wezen en wordt beïnvloed door tal van factoren, zoals daar zijn:

  • De heersende ‘faits sociaux’, sociale ‘waarheden’ die zich dusdanig onder de huid van de samenleving hebben vastgezet, dat niemand ze meer ter discussie stelt. Doe je dit wel, dan dreig je tot outcast te worden. Zo’n algemene waarheid, die niet of nauwelijks op wetenschappelijk onderzoek berust, is het idee dat het gezin van herkomst en m.n. de ouders, een duidelijke stempel zetten op het reilen en zeilen van het volwassen kind en dat problemen op volwassen leeftijd dus merendeel terug te voeren zijn op jeugdervaringen.
  • Autoriteitsdragers. Dit kan een therapeut zijn, maar ook een (studie)mentor, een talkshow host, een boek of een film en de moderne ‘ervaringsdeskundige’, die de neiging heeft iedereen met een enigszins gelijkende voorgeschiedenis over één kam te scheren.

Van een zelfhulpboek als ‘The Courage to Heal’ zijn miljoenen exemplaren verkocht. Er staat een ellenlange lijst in van symptomen, die erop zouden kunnen wijzen dat je in je jeugd seksueel misbruikt bent. Meest items waarin ieder mens en zeker bijna elke vrouw zich herkent.

De lijst gaat er vanuit dat je de herinnering aan misbruik op een verborgen plek in je geest kunt ‘wegzetten’ (verdringen of dissocieren) en dat het vervolgens alleen nog maar blijkt uit het feit dat je er tegenop ziet je tanden te borstelen, bijvoorbeeld. Dat er ook wel andere reden dan oraal misbruik kunnen zijn voor het niet punctueel zijn in het bijhouden van je gebit, komt niet in de schrijfsters op. En de lezers, gewend zichzelf te leren kennen via vragenlijsten – Hoe onafhankelijk bent U? – in de vrouwenbladen, doen afstand van het feit dat ze een uniek geval zijn en scharen zich onder algemene symptomen, die misbruik zouden kenmerken. Ze zijn niet op zoek naar ‘Wat maakt mij anders?’, maar naar: ‘Hoe pas ik hier in?’ Overigens een zeer menselijk streven.

  • Geloofssystemen met een karikaturale indeling in ‘goed’ en ‘kwaad’. Dit hoeven niet persé godsdiensten te zijn, hoewel een aantal ervan daadwerkelijk een dergelijk wereldbeeld uitdragen. Maar in plaats van het kwaad aan de duivel of satan toe te schrijven, is er ook een aanzienlijk aantal mensen dat ervan overtuigd is dat alle slechts in de geschiedenis – en daar hoort iemand als Hitler prominent bij – gebaseerd is op multigenerationele netwerken, die gedurende de geschiedenis steeds haar kop opsteken.

Hier wordt ‘het kwaad’ dus als het ware geëxternaliseerd, geprojecteerd op figuren in de geschiedenis die zich misdragen hebben. Wij van de Doos van Pandora noemen het wegzetten van ‘Het Kwaad’ een eigenschap van de borderline maatschappij. Daar hoort een slachtoffer-cultuur bij, want als slachtoffer ben je altijd ‘Goed’ in die verwrongen visie.

Bijkomend voordeel van deze primitieve kijk op goed en kwaad is het feit dat je zelf geen maatregelen hoeft te nemen om je leven weer op de rit te krijgen. De ontsporing ervan, immers, is de schuld van je ouders, de maatschappij, of vul-maar-in. De CIA zal ook wel een handje geholpen hebben. Zelf kun je daar weinig aan doen. Je achterover laten vallen in de menigte en ‘gered’ worden.