2 mei 2021 ·
GGZ: INTERNE ROT, deel 3
Opleiding
Volgens de peperdure boeken – sinds 2015 uitgegeven door de speciaal daartoe opgerichte Uitgeverij MENS! – die men verplicht wordt te lezen in opleiding tot (GGZ) traumatherapeut, bestaat een traumatische herinnering uit gedissocieerde cognitieve, sensorimotorische, emotionele en fysieke elementen.
Dat was de reden dat wij in de vorige post een exposé over apofenie inlasten in onze serie over de GGZ. Het moge namelijk duidelijk zijn dat een persoon met een hulpvraag zich in eerste instantie meestal niet REALISEERT dat er vreselijke dingen met haar* zijn gebeurd. Het is de therapeut die – als een volleerde apologeet – op basis van bovengenoemde elementen een patroon ziet, dat hij als traumatherapeut meent te herkennen. Vervolgens kan de ‘synthese en realisatie’ van de betrokken ‘geheugen-inhoud’ zijn aanvang nemen.
In ons boek zullen we uitgebreid ingaan op wat men ‘lichaamsherinneringen’ noemt, een niet bestaand fenomeen waarnaar de titel van de bestseller ‘The Body Keeps the Score’ van Bessel van der Kolk verwijst. In de boeken van uitgeverij MENS! is dit inmiddels in velerlei toonaarden ontkrachte begrip tot ‘de fysieke elementen van een herinnering’ (zie boven) geworden. We zeiden het al: in de wereld van trauma & dissociatie pleegt men nogal eens van etiket, maar niet van inhoud, te veranderen.
Lichamelijke klachten – vooral de onverklaarde – worden door therapeuten als gedissocieerde fysieke herinneringen beschouwd en in een misbruikverhaal ingepast. Zo kan ‘een brok in de keel’, of moeite met slikken, de therapeut doen denken dat er sprake is geweest van oraal misbruik. (Zelfs een hekel hebben aan tanden poetsen wordt soms zo geduid). Het zal de lezer duidelijk zijn dat een medische conditie hierdoor soms te laat wordt ontdekt. Zie hiervoor de bespreking van ‘The Body Keeps the Score’ op onze site. Daarnaast is het niet onbelangrijk dat de cliënt op deze wijze een misbruik-verleden wordt aangepraat.
Want: ze verkeert in een staat van ‘nonrealisatie’. Ze ziet nog niet wat de therapeut al lang en breed doorheeft. Het woord ‘nonrealisatie’ is de ‘woke’ versie van een in het verleden veelgebruikt begrip uit de Freudiaanse gedachtewereld: denial (ontkenning). Dit principe heeft tevens een rol gespeeld tijdens de heksenvervolgingen in de renaissance. Beschuldigde vrouwen die ontkenden werden sowieso opgehangen. Want, zo was het adagium: daders ontkennen altijd. Deze redenering hoor je nog steeds veel bij ‘tot realisatie gekomen’, zich ‘overlever’ noemende vrouwen:
-Hun ouders ontkennen
-Daders ontkennen altijd
-Dus hun ouders zijn schuldig.
De vergelijking met de heksenvervolgingen gaat in meer opzichten op. Tijdens de toenmalige rechtzaken werd zogeheten ‘spectraal bewijs’ toegestaan. Dat was de verklaring van een zogeheten door hekserij geplaagde mens, dat de beschuldigde in een droom of een hallucinatie tot haar* was gekomen. Ook in de trauma-therapie wordt spectraal bewijs gebruikt om het misbruik-verhaal te adstrueren. Soms zijn het dromen, maar ook alters kun je daartoerekenen. Want wat is een alter anders dan een door de therapeut – onder geleide imaginatie – aangeprate waan? Een bezetenheid. Zo’n beetje alles geldt overigens als bewijs van misbruik, zelfs het feit dat de cliënt zich niets herinnert, ontkent, of het zich – nog – niet heeft gerealiseerd.
Om de nonrealisatie op te heffen, wordt cursisten en lezers aanbevolen gebruik te maken van de ruim aanwezige verbeeldingskracht van de toekomstige ‘overlever’: ….’waarbij het gaat om het creëren en gebruik maken van (1) beschermende voorstellingen in de omgang met de buitenwereld; (2) innerlijke vergader- of ontmoetingsruimten voor de dissociatieve delen; (3) veilige ruimten voor hen; (4) “opbergen” van traumatische herinneringen; (5) contact maken met de innerlijke bron van wijsheid.’ (einde citaat)**
Vooral die ‘innerlijke bron van wijsheid’ heeft ons – lijdende aan ‘een ernstige vorm van nonrealisatie’ die volgens prof. van der Hart niet alleen bij individuen en in families voorkomt, maar ook in de maatschappij als geheel (zie: Le Soi Hanté, Het Belaagde Zelf) – diep geraakt. Dit omdat er in kort bestek uit blijkt dat de hele humbug meer op esoterie dan op wetenschap berust.***
* We gebruiken de vrouwelijke vorm, omdat het vaker vrouwen betreft.
** http://celevt.nl/masterclass-landelijk-hart-college/
***Let wel: esoterie is letterlijk: kennis die niet voor iedereen toegankelijk is. Wetenschappelijke inzichten zijn exoterisch: openbaar en verifieerbaar.