HET TO BE OR NOT TO BE VAN HERVONDEN HERINNERINGEN.

24 juli 2021 ·

In de NRC van gisteren stond een heel stuk over infantiele amnesie: het gegeven dat mensen zich hun eerste levensjaren niet kunnen herinneren.* Wij hebben dit fenomeen eerder toegelicht, maar wil je de achtergronden ervan beter begrijpen, bevelen we dit artikel – dat gedeeltelijk berust op een interview met ‘geheugenprofessor’ Douwe Draaisma – van harte aan!

In deze post beperken we ons tot een klein deel van een ingekaderde tekst:

“De onbetrouwbaarheid van het geheugen is aangetoond in veel psychologisch onderzoek, dat voor een deel werd aangemoedigd door geruchtmakende zedenzaken in de jaren tachtig en negentig waarin ‘hervonden herinneringenʼ een omstreden rol speelden. Beroemd werd de Amerikaanse psycholoog Elizabeth Loftus, die aantoonde dat proefpersonen zich zelfs zonder veel moeite totaal verzonnen herinneringen lieten opdringen, bijvoorbeeld dat ze als kind ooit kwijt waren geraakt in een warenhuis. Bij iedere ‘recallʼ van die herinnering kan het verhaal verder worden aangevuld.”

In de uitzending van Argos: ‘glasscherven en duistere rituelen’**, die een goedgelovig oor biedt aan ‘overlevers’ van (Satanisch)Ritueel Misbruik (SRM), stappen presentatoren Sanne Terlingen en Huub Jaspers nogal makkelijk over het bestaan van hervonden herinneringen heen. Immers, zegt Jaspers, sommige van de geïnterviewde vrouwen hadden herinneringen aan tien jaar terug. Dat kun je toch niet bepaald ‘hervonden herinneringen uit een ver verleden’ noemen, voegt hij er geringschattend aan toe.

In reacties van trauma-therapeuten op onze posts klinkt hetzelfde door: overlevers hebben de gruwelijke herinneringen aan misbruik en babymoord altijd gehad – zo stelt men. Dus van het beladen begrip ‘hervonden herinneringen’ is geen sprake.

Een staaltje semantische acrobatiek dat we op meerdere terreinen tegenkomen bij de DIS-gemeenschap – en waar we ook in eerdere posts al op wezen. Het begrip ‘hervonden herinneringen’ stamt uit de tijd dat de trauma-wereld dacht dat herinneringen aan ernstig traumatische gebeurtenissen ‘verdrongen’ konden worden. Een Freudiaans begrip dat duidt op het stallen van onwelgevallig psychisch materiaal in het onbewuste. Eén van de verdedigingsmechanismes waarmee de bewuste geest – het ‘IK – wordt beschermd.

Niet alleen viel het bestaan van verdringing niet te bewijzen, ook Freud had de wind niet mee in de 90er jaren. De later met een beroepsverbod bestrafte prof. Onno van der Hart was er mede debet aan dat men om die reden een tijdsgenoot en concurrent van Freud van stal haalde: Pierre Janet. Deze was niet de eerste die het begrip dissociatie bezigde, maar hij heeft er tijdens een korte periode van zijn carrière wel een impuls aan gegeven. En werd door Henry Ellenberg herontdekt, toen deze zijn magnum opus over de ontdekking van het onbewuste schreef.

Ook dissociatie heet een verdedigingsmechanisme te zijn. Maar waar verdringing een verticale richting had: de gewraakte bewustzijns-inhoud werd naar ‘onderen’ – naar het onderbewuste – verplaatst, was dissociatie een horizontale afsplitsing. De bewuste geest deelde zich – aldus Janet – in tweeën. Beide delen zouden een eigen vorm van bewustzijn hebben, maar zouden in eerste instantie – dwz vóór de therapeutisch toegepaste hypnose – niet van elkaars bestaan op de hoogte zijn.

Daar dissociatie via diverse psychologische testen meetbaar bleek, konden moderne trauma-psychologen het begrip beter gebruiken dan ‘verdringing’. Sterker nog: dissocieren wijst volgens hun coûte que coûte op een traumatische voorgeschiedenis. Daarnaast beweren ze sindsdien van de ooit verloren – en in therapie weer ‘hervonden’ – herinneringen verlost te zijn. Immers: de traumatische herinnering is niet onbewust. Hij bevindt zich in het bewustzijn!

Dit is spelen met begrippen. Volgens de theorie van de structurele dissociatie (TSD) zijn de betreffende herinneringen niet aanwezig in het bewustzijn van de ‘ANP’ (apparent normal personality, ook wel de ‘host’ genoemd), maar in dat van de zogeheten afgesplitste ‘alters’ (EP’s, emotional personalities)**** Speciaal om die reden werden de termen ‘nonrealisatie’ en ‘dissociatieve amnesie’ gemunt.

“It is now acknowledged that these dissociated states are not fully mature personalities, but rather they represent a disjointed sense of identity. With the amnesia typically associated with dissociative identity disorder, different identity states remember different aspects of autobiographical information. There is usually a “host” personality within the individual, who identifies with the person’s real name. Ironically, the host personality is usually unaware of the presence of other personalities.” *** En dus van diens herinneringen.

De therapeut bedrijft dan wel formeel geen hypnose meer, maar het enigszins vergelijkbare procédé van geleide imaginatie wordt in de leerboeken warm aanbevolen. Dit staat gelijk aan inloggen op een fantasie-wereld, waarvan de contouren bovendien door de therapeut worden voorgeschreven. Zo beveelt de hierboven genoemde van der Hart aan om in een vroeg stadium van de therapie samen met de cliënt naar een denkbeeldige veilige plek voor DE KLEINTJES te zoeken. EP’s met traumatische herinneringen zijn meestal heel jong, aldus de theorie. Maar waar haalt hij het bij een gegeven cliënt in godsnaam vandaan dat er überhaupt ‘kleintjes’ zouden zijn?

Er is daarna nog heel wat fantasierijk duw-, trek- en spitwerk voor nodig, willen de E.P’s zich met herinneringen en al daadwerkelijk aan de ANP manifesteren. Die ‘hervindt’ op deze wijze haar of zijn vermeende traumatische herinneringen en daarmee een voorheen onbekend SRM-verleden. Met alle schadelijke gevolgen van dien.

https://www.nrc.nl/nieuws/2021/07/23/het-begin-van-ons-leven-is-volledig-verdwenen-a4052104.

**https://www.vpro.nl/argos/media/afleveringen/2020/uitzending-27-juni-ritueel-misbruik.html.” ***https://www.webmd.com/mental-health/dissociative-identity-disorder-multiple-personality-disorde

 ****Merk op dat hier de vroegere term ‘persoonlijkheid’ weer wordt gebruikt, die was verdwenen ten voordele van ‘identiteit’.De TSD is ontstaan om zich te onderscheiden van ‘normale’ dissociatie, een proces dat we allemaal kennen als we bijvoorbeeld in een boek geabsorbeerd zijn. Daartoe dienden de alters weer persoonlijkheden te worden.