DE TALKING CURE

1 augustus 2021 · THE TALKING CURE.

Freud wordt wel beschouwd als de vader van de praat-therapie. In feite was het echter zijn leermeester Breuer, die het startsein gaf tijdens de behandeling van ‘Anna O.’, een pseudoniem voor Bertha Pappenheim, de fameuze eerste patiënt met wie de psychoanalyse begon. In het in 1895 door Breuer en Freud gepubliceerde ‘Studiën über Hysterie’ worden de grondslagen ervan vastgelegd.

Anna O. was een schoolvoorbeeld van wat wij tegenwoordig iemand met een somatiforme stoornis noemen. Ze leed aan hoofdpijnen, gevoelsverlies, verlammingen en nog veel meer, zich nu weer wel, dan weer niet, manifesterende symptomen waarvoor geen lichamelijke oorzaak gevonden kon worden. Soms was ze niet in staat haar moedertaal, Duits, te spreken en communiceerde in het Engels. Maar als zij onder hypnose vertelde over de traumatische periodes waarin deze problemen het daglicht zagen, verdwenen ze als sneeuw voor de zon. Dat inzicht ligt aan de basis van wat later ‘psychoanalyse’ zou gaan heten.

Het onbewuste was in Freudʼs ogen een autonoom systeem dat allerlei wensen, lusten en neigingen bevatte die men liever niet onder ogen zag. Freud vergeleek de geest met een ijsberg, maar avant la lettre kunnen we het ‘onbewuste à la Freudʼ misschien beter als een hogedrukpan duiden. Hysterische symptomen zijn dan een teken dat de druk te hoog oploopt en dat het ventiel ietwat moet worden open gezet. Waar Breuer dat deed door middel van hypnose, gebruikte Freud de techniek van de vrije associatie. De letterlijke ‘opluchtingʼ die dit teweegbracht werd door de beide heren ‘catharsisʼ genoemd.

In theorie behelsde de vrije associatie dat de patiënt(e), liggende op een divan, haar gedachten en bijbehorende emoties de vrije loop liet over thema’s die haar voor de geest kwamen. De therapeut zat er zwijgend – en onzichtbaar voor de patiënt – bij en was daarom zogeheten neutraal. Freud heeft in zijn brieven aan boezemvriend Fliess toegegeven dat hij in die situatie soms een uiltje knapte.

Als Freud al luisterde, echter, was dat interpretatief van aard. Hij beperkte zich er niet toe om klankbord te zijn, maar poogde de inhoud van de associaties onder te brengen in een verhaal, dat er de verklaring voor zou kunnen vormen. In het geval van Freud draaide dat altijd om wat er in de vroege jeugd op seksueel gebied was misgegaan. In ons boek zullen we een aantal van Freudʼs ‘inzichtenʼ behandelen en laten zien hoe ver gezocht die meestal waren en hoe ze volledig voorbij gingen aan de problemen waarvoor de patiënt zich gesteld zag in haar actuele bestaan.

Als de patiënt zich niet in Freudʼs uitleg herkende, beschouwde hij dit als een afweermechanisme van het onbewuste, dat zijn ‘geheimenʼ niet wilde prijsgeven. In die zin konden Freudʼs ideeën niet aan de werkelijkheid getoetst worden. Of je ze nu ontkende of beaamde: ze waren coûte que coûte waar. De mythe van de alwetende therapeut was geboren. Helaas leeft deze mythe voort en zijn er nog veel therapieën op dit prototype gebaseerd. DIS-therapie is daar een pregnant voorbeeld van.page1image18451584page1image21812160page1image9193520