Interessant is dat beide kanten – genoemd of ongenoemd – de banaliteit van het kwaad erbij halen. In discussies wordt menig passage uit ‘The Origins of Totalitarianism’ van Hannah Ahrendt aangehaald.
We kunnen elkaar echter niet overtuigen als we in deze termen over elkaar blijven denken. Maar misschien kunnen we wel naast elkaar blijven bestaan, zij het dat dan de ‘laïcité’ in acht moet worden genomen.
https://nl.wikipedia.org/wiki/La%C3%AFcisme
Dat houdt in dat de gender-ideologie – hoezeer ze zich ook beroept op ‘social justice’ – geen staatsgodsdienst mag worden. Geen regenboogvlaggen op overheidsgebouwen. Geen regenboog zebra-paden. En geen genderlessen op openbare scholen en universiteiten (richt als aanhanger van het dogma dat je in het verkeerde lichaam geboren kunt zijn – net als FvD – maar eigen scholen op!)
Mogen ouders hun kinderen onder het laïcisme in naam van de ideologie laten verminken? Net zomin als het is toegestaan minderjarige meisjes te besnijden! Dat betekent dat de beslissing om fysiek van ‘gender’ – of eigenlijk geslacht – te veranderen moet worden uitgesteld tot na het 18e levensjaar. Puberteitsremmers moeten verboden worden. Al was het alleen maar om hun levenslange gezondheids-ondermijnende effecten. Primum non nocere.
Om het laïcisme op de gender-ideologie toe te passen dienen we het er over eens te zijn dat het hier een overtuiging betreft – en geen kennis die op wetenschappelijke feiten is gestoeld. Dat lijkt niet moeilijk, waar het fundament ervan in subjectieve gevoelens is geworteld. En waar het meest aangehaalde ‘wetenschappelijke’ argument het feit is dat er een miniem percentage mensen met een aangeboren intersekse-afwijking bestaat. Maar in de wetenschap bevestigt de uitzondering nu eenmaal niet de regel.