ARGOS REVISITED

8 mei 2021

Misschien gaan ’the memory wars’ niet alleen over misvattingen over het geheugen, maar ook over wat wetenschap is. Nel Draijer herhaalt in onderstaande uitzending* het aloude adagium: dat cognitief en forensisch psychologen die zich uitspreken over de onmogelijkheid van hervonden herinneringen, zelf nog nooit zo’n patiënt hebben gezien. Tijdens een tv-uitzending in de 90er jaren heette het ook al: die professoren zouden eens één keer moeten meemaken wat er zich in therapie afspeelt. Hoe levensecht de emoties zijn, als er herinneringen boven komen. Hoe de cliënt zich met hand en tand verzet tegen het besef dat ze als kind vreselijk is misbruikt. Zoiets verzin je toch niet voor je plezier?

Wetenschap, echter, probeert objectief te zijn en zich juist te distantiëren van directe ervaringen. Deed men dat niet, hadden we nog steeds gedacht dat de zon om de aarde draaide. Het is niet voor niets dat de double blind onderzoeks-opzet is ingevoerd. Dit is om te voorkomen dat subjectieve elementen – zoals verwachtingen over de uitslag en anecdotisch materiaal – een rol gaan spelen.

Wetenschappers kunnen met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid zeggen dat zoiets als precognitie niet bestaat. Ze hoeven niet elk individueel geval te onderzoeken, omdat keer op keer is gebleken dat toekomstvoorspellingen niet meer waarheid bevatten dan je op goed geluk zou verwachten.

Hetzelfde geldt voor ‘hervonden herinneringen’, waar deze betekenen: het compleet uit het bewustzijn gebannen zijn van traumatiserende ervaringen. Voor het bestaan van dit fenomeen is geen enkele aanwijzing. Wel is het mogelijk dat men een bepaalde periode niet aan het trauma denkt. Of dat men ervaringen die men als kind had met de kennis van nu her-interpreteert als zijnde misbruik.

Het in de hier bijgevoegde uitzending van Argos genoemde rapport ‘Omstreden Herinneringen’ (2004) van de Gezondheidsraad is geen wetenschappelijk, maar een politiek document. Een polder-rapport, zoals het ook wel wordt genoemd. Men heeft vergeefs gepoogd de diverse standpunten bij elkaar te brengen. Het resultaat is dat er zowel elementen uit het ene als uit het andere kamp in doorklinken. Nel Draijer deed een duit in het zakje door te erkennen dat er zoiets als ‘nagebootste MPS/DIS’ bestaat en daarmee, dat sommige hervonden herinneringen niet kloppen. Deze ‘move’ is de zoveelste manifestatie van pogingen van RM*-adepten om hun gedachtegoed te hernoemen of te kneden als reactie op onoverkomelijke kritiek.

Het – voor ons bedroevende – resultaat is dat de kern ervan intact blijft. Wij vergeleken dit in eerdere posts met de mythe over ‘De Hydra van Lerna’.Je kunt in de politiek weliswaar water in de wijn doen: de wetenschap leent zich daar niet toe. De zegswijze ‘De waarheid zal wel in het midden liggen’ is per definitie onwetenschappelijk. Het zou betekenen dat Holocaust-ontkenners samen met wetenschappers die de Holocaust cijfermatig beschrijven, een rapport konden uitbrengen waarin het aantal vermoorde Joden op drie miljoen wordt geschat.

Over de Holocaust gesproken: prof. W.A. Wagenaar heeft een boek aan de overlevers ervan gewijd, waaruit blijkt dat deze zeer traumatische ervaringen niet verdrongen of gedissocieerd werden. Hoogstens verbleken ze en zijn onderhevig aan de normale processen die het geheugen minder accuraat maken, naarmate er tijd verstrijkt. Er is niks dat erop wijst dat traumatische herinneringen een geheel ander proces ondergaan dan gewone herinneringen. Ze worden eerder juist beter onthouden, dan dat ze onderduiken.

De pseudoneurologische zoektocht naar de hellekamer in het brein – van Bessel van der Kolk et.al. – toont alleen maar aan dat de betreffende duiders van hersenscans zijn blijven steken in de localisatie-theorieën van Franz Joseph Gall (1758-1828). Zie hiervoor ook onze posts over het interpreteren van fMRI scans. En hoewel het lichaam mogelijk sporen draagt van het verleden**, betekent dat bepaald niet dat elk kriebeltje en pijntje op verdrongen misbruik wijst. Laat staan dat herinneringen aan misbruik kunnen worden opgeslagen in het DNA. Deze suggestie is een grove misrepresentatie van de epigenetica, een misrepresentatie die kenmerkend is voor het cherry-picken waaraan veel van de proponenten van hervonden herinneringen zich schuldig maken.

Wat Griet op de Beeck betreft: in de meeste goed onderbouwde reacties op haar optreden in DWDD werd niet beweerd dat ze de waarheid moedwillig verdraaide. Ook de adepten van ‘Hervonden Herinneringen en andere Misverstanden’ realiseren zich heel goed dat hervonden herinneringen voor iemand die daaraan lijdt, of ertoe is aangezet, levensecht overkomen. De gedetailleerdheid van een herinnering zegt echter niks over het waarheidsgehalte ervan. Eerder het tegendeel is het geval: iemand die z’n herinneringen in geuren en kleuren weet te beschrijven, heeft er waarschijnlijk onbewust wat aangebreid.

Op de Beeck heeft echter geen gedetailleerde herinneringen. Ze zegt slechts te beschikken over ‘walgelijke beelden’ en ‘puzzelstukjes’, die met elkaar de conclusie dat ze is misbruikt onontkoombaar maken. Wie onze post op 2 mei over apofenie heeft gelezen, zal hier misschien de algemeen menselijke eigenschap in ontdekken om patronen te zien in losse elementen. In gezelschap van een therapeut die op seksueel misbruik is gefocust, voegen die elementen zich maar al te makkelijk in een incestverhaal. Mocht de therapeut hetzij geïnteresseerd zijn in ‘vorige levens’ ofwel in aliens, komt er geheid een larmoyant verhaal uit vroeger tijden uit de bus of nare herinneringen aan boord van een spaceship.

Therapeuten zouden hun cliënten veel ellende kunnen besparen, door niet in hun wanen mee te gaan, laat staan ertoe aan te zetten. De kreet dat ze ‘geloofd dienen te worden’ omdat dissociatieve/misbruikte mensen al op zoveel ongeloof zijn gestuit, is een typisch voorbeeld van zachte heelmeesters maken stinkende wonden. Dan liever terug naar de solipsistische spiegeling van vroegere therapeuten, die bij alles wat je ervoer zeiden: ‘Wat zegt dit over JOU?’

Het lijden, of zelfs de ‘her-traumatisering’ die door columnisten of de LEBZ zou worden veroorzaakt is het directe gevolg van een therapeutische omissie: de werkelijkheidsbeleving van een cliënt in een vroeg stadium te kaderen. Om een metafoor te gebruiken: de zweer doorprikken voordat die begint te etteren.

* RM = recovered memories

**COPD door roken, artrose door het slijten van kraakbeen bij het ouder worden, enz, enz.

De uitzending over de LEBZ: https://www.vpro.nl/argos/media/luister/argos-radio/onderwerpen/2021/de-hervonden-herinneringencampagne-van-de-landelijke-expertisegroep-bijzondere-zedenzaken.html